Verslag 63 - Hoi An | ||
Het
is vandaag woensdag 20 februari en om 6.00 uur checken we uit. We doen nog
een poging om ons ontbijt (dat bij de kamerprijs inbegrepen is) geserveerd
te krijgen. Het is echter nog te vroeg. Het restaurant van het hotel is
nog gesloten. Op straat dus nog maar even snel een vers stokbroodje met
La vache qui rit gekocht. Om 7.00 uur vertrekt de bus voor een lange rit.
We leggen vandaag ruim 530 kilometer in ruim 13 uur af. We gaan naar Hoi
An. |
||
Prachtige vergezichten |
Gedurende de eerste uren rijden we door de bergen en hebben een mooi uitzicht op de rijstvelden. Met rieten manden aan touwen schept men heel handig water uit de irrigatiekanalen en bevloeit daarmee het land. Later rijdt de bus langs de kust. We zien schitterende, kilometers lange, verlaten zandstranden. Hier en daar zijn de stranden begrensd door hoge witte zandduinen. Het uitzicht is echt spectaculair. |
Verder vallen de uitgestrekte zoutvelden ons op. Arbeiders zijn druk bezig met het winnen van het zout. Grote stukken land langs de zee zijn onderverdeeld in velden en omringd door dijkjes. Men laat de velden onderlopen met zeewater en sluit daarna de dijkjes. Na verdamping van het water blijft zout over. Er wordt hier jaarlijks 10.000 ton zeezout geproduceerd. Plotseling begint het een klein beetje te regenen! Ons eerste regenbuitje in maanden. Heerlijk!
|
Bezems in de maak |
Tijdens een plaspauze worden we voor de zoveelste maal geconfronteerd met de niet altijd positieve handelswijze van de Vietnamezen. We waren al gewaarschuwd dat de Vietnamezen altijd proberen je te veel te laten betalen en dat ze niet zo goed kunnen rekenen. Vooral bij het teruggeven van wisselgeld maken ze nogal eens fouten (vreemd genoeg altijd in hun eigen voordeel). Als Leo een blikje cola wil kopen, lukt het hem om de vraagprijs van 8.000 dong terug te brengen naar 6.000 dong. Hij betaalt met een briefje van 50.000 dong. Het schijnt voor de winkelier erg lastig te zijn om het wisselgeld terug te geven. Eerst krijgt Leo maar tot 10.000 dong terug. Als Leo zegt dat dit niet goed is, worden er nog laatjes en busjes geopend en wordt er een stapeltje wisselgeld bij elkaar gezocht. Een hele stapel papier rijker, stapt Leo de bus in. Als de bus wegrijdt, beseft hij ineens dat die handige Vietnamees 10.000 dong te weinig heeft teruggegeven. Dat dit nu precies Leo moet overkomen! Om 20.30 uur arriveren we eindelijk
in Hoi An. We worden bij een veel te duur hotel afgezet. We zullen best
wel iets goedkopers kunnen vinden. Maar dat valt tegen. Met onze zware
rugzak lopen we moe en hongerig, ruim anderhalf uur door Hoi An en zien
iedereen gezellig op de terrasjes aan de meest heerlijke gerechten zitten.
Eindelijk vinden we een redelijke kamer. Net als we besloten hebben om
de kamer te nemen, vertelt de eigenaar dat we deze kamer maar voor één
nacht kunnen krijgen. Hij kan ons niet duidelijk maken naar welke kamer
we dan morgen moeten verhuizen. Het enige dat hij zegt is: "same,
same but different". Deze kreet hebben we tijdens onze reis door
Vietnam al vaak gehoord en zullen we zeker nog vaker te horen krijgen.
We willen het risico niet nemen en besluiten terug te lopen naar de plek
waar we zijn afgezet. Onderweg worden we door een mannetje een prachtig
hotel ingelokt met de mededeling dat een kamer 10 US$ kost. Voor de zoveelste
keer doen we onze rugzak af en lopen we achter hem aan naar de kamer.
Als we besloten hebben de kamer te nemen, komt de aap uit de mouw... De
kamers van 10 US$ zitten vol en deze kost veel meer. Boos lopen we weg,
de donkere straat op, nog steeds zonder slaapplaats. We stappen het hotel
in waar we twee uur geleden de bus zijn uitgestapt. We nemen (na enige
onderhandelingen en discussie) niet de goedkoopste kamer, maar besluiten
een aircokamer met TV en ontbijt te nemen. Het hotel blijkt zelfs een
zwembad te hebben. De prijs is aanmerkelijk hoger dan we gewend zijn,
maar soms moet je jezelf even verwennen (vindt vooral Roos). |
Straat in Hoi An |
De volgende dag gaan we na het uitgebreide ontbijtbuffet Hoi An bekijken. Hoi An ligt aan de Thu-Bon-rivier. Vroeger heette het stadje Fai Fo (een verbastering van Hal Pho = stad aan de zee) en was één van de drukste havensteden van Zuidoost-Azië. Aan het begin van de 16e eeuw ontdekten de Portugezen de kust bij Hoi An. Ze werden al snel gevolgd door de eerste handelaren uit China, Japan, Nederland, Engeland en Frankrijk.
|
|
De Chinezen hebben hier echter het
meest van hun cultuur achtergelaten. Het stadje met smalle straatjes en
vele oude houten Chinese huizen en tempels heeft de sfeer van een Chinese
handelspost. Het is net alsof je in China loopt. De sfeer wordt nog eens
versterkt door het verbod op autoverkeer in de oude stad. Enkele van de
oude Chinese huizen zijn geopend voor bezoekers zodat je ook binnen de
oude pracht en praal kunt bekijken. Het is overigens niet goedkoop om
de huizen van binnen te bekijken. Het zal wel te maken hebben met het
feit dat dit plaatsje op de World Heritage List van Unesco staat. |
||
Bij toeval belanden we op de markt. Er is een overdekt gedeelte en een gedeelte in de openlucht. Dat is maar goed ook, want het is inmiddels weer een beetje gaan regenen. Er wordt hier van alles verkocht en overal steken de rijsthoedjes van de Vietnamezen bovenuit. Er is ook een vrij grote vismarkt direct aan de kade. We zien er de meest exotische vissoorten. De vis wordt gewoon op de grond verhandeld en de meeste vis ligt ongekoeld op een nieuwe eigenaar te wachten. De vliegen worden er gratis bijgeleverd. Omdat het inmiddels redelijk nat is geworden door de regen, zakken we tot onze enkels weg in de schubben en visdrap. Het ruikt hier niet naar viooltjes...
|
Op de markt |
De oude Japanse brug is een bezoek
meer dan waard. De 18 meter lange brug is één van
de weinige overdekte, houten boogbruggen die in Vietnam bewaard zijn gebleven.
De brug werd gebouwd tussen 1593 en 1596 en inmiddels verscheidene keren
gerestaureerd, maar het originele ontwerp is redelijk bewaard gebleven.
Er is een breed pad in het midden dat gebruikt werd door voetgangers en
paarden. De smallere paden aan de zijkant werden gebruikt door de handelaren.
De overdekking zorgde ervoor dat zij hun werk in weer en wind konden doen. |
||
Lampionnen in overvloed |
We slenteren de hele dag door de stad en langs de rivier. Veel winkeltjes
verkopen hier zelfgemaakte lampionnen. Heel mooi en kleurrijk. Verder
kan je hier de honderden kleermakers niet over het hoofd zien. Ze strijden
allemaal om de klandizie van de toeristen. Ze maken kleding op maat en
het is binnen een dag klaar!
|
|
Als we op een bankje langs de rivier zitten, komt er steeds een oud vrouwtje langs varen dat ons probeert over te halen om een stukje met haar te gaan varen. Als ze ons toelacht, worden haar rode, door beetwortelnoot aangetaste, tanden zichtbaar. Snel nemen we een foto. Als ze vervolgens haar hand uitsteekt voor geld, lopen we snel weg. Het is maar goed dat ze op een bootje zit en niet op een bezemsteel. De oude heks. |
Stukje varen? |
|
|
Aan
het eind van de middag nemen we nog een duik in het zwembad. Tot ons grote
plezier vinden we bij het zwembad een aantal Nederlandse tijdschriften.
Leo gaat uit zijn dak, want er zit ook een Voetbal International bij. Maar
helaas. De uitgave van de Voetbal International dateert van 19 september,
precies de laatste uitgave die hij bij ons vertrek op Schiphol heeft gekocht
en dus al heeft gelezen. |
|
's
Avonds eten we gezellig met Chiel en Cindy bij een leuk restaurantje aan
het water. Dit wordt ons (eerste) afscheidsdiner. Morgen reizen wij namelijk
door naar Hué, terwijl Chiel en Cindy nog een dag in Hoi An blijven
om kleding te laten maken. Tijdens het eten komen er regelmatig kleine kinderen bij onze tafel staan om boeken, fluitjes en kettinkjes te verkopen. Op de vraag waar we vandaan komen antwoorden wij: "From the Moon". Normaal begrijpen de kinderen helemaal niet wat je bedoelt. Ze stellen alleen maar hun standaard Engelse vragen en zijn al helemaal niet geïnteresseerd in je antwoord. Eén bijdehante jongetje blijkt echter wel Engels te begrijpen en begint hard te lachen om ons antwoord. Maar helaas, we willen nog steeds niets bij hem kopen. Een paar minuten later fietst zijn moeder langs. Het jongetje stapt achterop en wordt naar de volgende potentiële klant gebracht. |