Print dit verslag
Verslag 95 - Rotorua, het aardse vagevuur

Op donderdag 23 mei vertrekken we uit Orerepoint. De slingerweg die we volgen loopt regelmatig langs de mooie kust.
In Thames op het Coromandel schiereiland wissen we reischeques en lopen we door het stadje. Thames was vroeger een goudzoekersstadje en er zijn hier veel koloniale gebouwen bewaard gebleven. De stad heeft een beetje de sfeer van een westernstadje.

We besluiten niet de gehele kustweg naar het noorden te volgen. We rijden een stukje terug en steken vervolgens het schiereiland over en volgen de toeristische route door de heuvels en regenwouden naar Pauanui. In deze omgeving worden veel fruit geteeld en bij de onbemande stalletjes langs de weg kopen we goedkoop kiwi's en mandarijnen. Je gooit gewoon het gevraagde bedrag in een bak of een spaarpot, pakt een zak fruit van het stalletje en rijdt weer verder. Zo gemakkelijk gaat dat hier.

Mooi uitzicht


Er rijden hier overigens ook veel grote vrachtwagen die bomen vervoeren. Ze rijden behoorlijk hard en ondanks het feit dat we op prachtige geasfalteerde wegen rijden, worden we iedere keer door een regen van kleine steentjes bedolven als ze ons in tegengestelde richting passeren. Onze voorruit heeft inmiddels al een paar behoorlijke putten opgelopen en dat is niet best want we hebben ons eigen risico niet afgekocht. We zullen dus voor elke schade zelf moeten betalen.

 

 

Tot overmaat van ramp hebben we ook al een gaatje in de polyester ombouw van de camper ontdekt. Waarschijnlijk heeft iemand zijn winkelwagentje of zijn autodeur tegen de camper geslagen. Er moet nu niet veel meer gebeuren anders zou het goedkoper zijn geweest om het eigen risico wel af te kopen.

We zijn op weg naar Rotorua en het kustplaatsje Whangamata vinden we erg geschikt voor de overnachting. Whangamata is een populaire badplaats en trekt in de zomer veel toeristen. Nu is het er echter uitgestorven en er is voor ons voldoende plek op de camping. We krijgen een prachtige plek direct aan het strand en de woeste zee.
Een plek direct aan het strand en de zee
Een plek direct aan het strand en de zee

Als de camper is geparkeerd, lopen we nog even naar de winkels die enkele honderden meters verderop zijn. Er breekt opeens een gigantische plensbui los en we hebben geen droge draad meer aan ons lijf als we bij de winkeltjes aankomen. We doen boodschappen en wachten totdat de bui voorbij is. Als we droog en wel in de camper zitten, begint het te onweren. Prachtige bliksemschichten schieten over het water. 's Nachts worden we regelmatig wakker geschud omdat het erg hard is gaan waaien en de camper op deze plek natuurlijk vol in de wind staat. Zo hebben we veel plezier van onze prachtige kampeerplek aan het water...

De volgende dag breekt de zon regelmatig door de bewolking. Het is weer tijd om verder te rijden. We rijden langs de kust naar Te Puke, om daar in zuidelijke richting af te buigen naar Rotorua. Je mag in Nieuw Zeeland - ongeacht de grootte van het voertuig - maximaal 100 kilometer per uur rijden. Met de grote camper vinden we dit nogal een behoorlijke snelheid, zeker als het ook nog flink waait. Meestal rijden we dan ook tussen de 80 en 100 kilometer per uur. Heuveltje af wil nog wel eens sneller gaan en heuveltje op gaat over het algemeen een paar kilometer per uur langzamer. Na onze ervaringen in Indonesië met het krijgen van bekeuringen letten we erg op de maximale snelheid. Een bekeuring in Nieuw Zeeland kunnen we namelijk waarschijnlijk niet afkopen bij de agent. Toen we in de onze spiegels dan ook een politieauto met zwaailichten achter ons zagen zien rijden, gaan we netjes aan de kant om hem te laten passeren. Vreemd... de politieauto blijft achter ons rijden terwijl hij er toch makkelijk langs kan. Na een paar meter krijgen we het door: hij wil er niet langs, wij moeten stoppen. Shit, toch niet weer een bekeuring... De agent stapt uit en zegt ons vriendelijk gedag. Oei, dat gaat vast geld kosten. Maar, de agent hij ons alleen laten stoppen om ons iets duidelijk te maken. Als we geen 100 kilometer per uur rijden en er rijden auto's achter ons, dan zijn we verplicht om half op de vluchtstrook te gaan rijden zodat de auto's kunnen passeren. We beloven de agent dat we er in het vervolg op zullen letten en wensen hem nog een prettige dag. Poe poe, dat viel mee. Wel raar dat je wordt aangehouden omdat je te langzaam rijdt... Het feit dat wij heel wat steentjes de lucht in slingeren omdat wij op de vluchtstrook rijden en dat die steentjes op de voorruiten van de passerende auto's terecht komen, is dus waarschijnlijk geen probleem. Voortaan gaan we netjes opzij of we rijden gewoon wat harder.

Voordat we Rotorua inrijden om een camping te zoeken, stoppen we bij Hell's Gate. We ruiken de lucht van rotte eieren en zien we op een paar plekken rook. Staat er iets in brand? Van onder de stoeptegels voor de ingang komt stoom. Zou dat echt zijn? Natuurlijk niet. Dat hebben ze gemaakt om toeristen te trekken. De werkelijkheid blijkt echter heel anders te zijn...

Geen brandjes maar stoom uit de grond
Geen brandjes maar stoom uit de grond

Het blijken allemaal tekenen van vulkanische activiteit te zijn en het is de zwavel die zo stinkt. Waarom precies hier? Nou, Nieuw Zeeland ligt op twee aardschollen; Het Noordereiland en het westelijk deel van het Zuidereiland liggen op de Australische plaat, het oostelijk en zuidelijk deel van het Zuidereiland op de Pacifische plaat en de 150 kilometer lange breuklijn loopt precies onder Rotorua door. De platen bewegen langs elkaar en over elkaar heen en dat geeft hier in de omgeving nogal wat spectaculaire vulkanische en geothermische verschijnselen.

Hell's Gate is zeker niet het indrukwekkendste park van de parken in de omgeving van Rotorua, maar voor een kennismaking met de geothermische verschijnselen voldoet het uitstekend. Bij de ingang krijgen we een Nederlandse beschrijving van dit park. Het papier heeft de toepasselijke naam 'Uw gids naar de poort van de hel'. En daar lijkt het inderdaad op. Stoomkraters en dampende meren zorgen ervoor dat we onze ogen uitkijken (voor zover de stoom dat mogelijk maakt) en we de warmte voelen. Het stinkt hier ongelooflijk naar rotte eieren, maar na een paar minuten zijn we er (een beetje) aan gewend. Indrukwekkend is de poel met de naam 'Inferno'. Het water in dit 7 meter diepe meertje heeft een temperatuur van tussen de 100 en 115 graden Celsius. Het grafiet dat in het water zweeft wordt verhit door de stoom en dit zorgt ervoor dat het water een hogere temperatuur dan het kookpunt (100 graden Celsius) kan bereiken. De Kakahi waterval is de enige waterval met warm water op het zuidelijk halfrond. De temperatuur van het water is gemiddeld 38 graden Celsius en de waterval wordt gevoed door de hete meren op de hogere niveaus. Sommige mensen nemen om gezondheidsredenen een douche onder deze waterval.
De modderige vloeistof in 'Devil's Cauldron' (heksenketel) is één van de heetste in het park en er stijgen regelmatig luchtbellen uit op die de modderklodders hoog in de lucht doen blazen. Ook bij de 'Mud Vulcano' (moddervulkaan) ploft de modder er lekker op los. De grond is hier zo heet dat de modder opdroogt en een berg vormt. Je mag er niet op gaan staan; de grond zal dan wegzakken in het kokende water of de kokende modder. We begrijpen nu waarom er overal bordjes staan met de melding dat je op het pad moet blijven lopen.

Devil's Cauldron
Devil's Cauldron
  Mud Vulcano
Mud Vulcano

Dat wandelpad waar we op lopen, is trouwens ook behoorlijk warm en klinkt soms hol. De grond borrelt hier letterlijk en het is bijna eng als je je bedenkt wat er allemaal onder je voeten gebeurt.

Na het bezoek aan Hell's Gate gaan we een frisse neus halen. We rijden een mooie route langs een groot meer. We slaan een onverharde weg in. De camper komt met moeite de steile weg op en past maar net tussen de bomen door. Gelukkig wordt de weg al snel breder en rijden we over groene heuvels met grazende herten en schapen. Lastig trouwens om een paar schapen op de foto te krijgen. Steeds als we stoppen en uitstappen om een foto te nemen, rennen ze namelijk hard weg.

Aan het eind van de middag vinden we een camping net buiten het centrum van Rotorua. We gaan nog even het dorp. De internetwinkel in het dorp blijkt over een supersnelle internetverbinding te beschikken en zo kunnen we weer wat foto's naar de site kopiëren. 's Avonds hangen we onze jassen in de frisse wind om de geur van rotte eieren te laten verdwijnen. Helaas blijkt dit echter niet veel te helpen. Ook op de camping komt er regelmatig een zwavelwalm voorbij drijven.
's Nachts is het behoorlijk fris. We worden regelmatig wakker met een koude neus. Misschien laten we morgennacht de kachel wel aan...

Fotoserie 105
Achter de schermen
Volgende verslag