Print dit verslag
Verslag 52 - De tempels van Bagan
Op advies van een man in het hotel besluiten we om 5.00 uur (!!!!) naar de zonsopgang te gaan kijken. Myint trok gisteren een bedenkelijk gezicht toen we hem vroegen om 5.00 uur klaar te staan, maar verder zei hij niets. Toen we hem nogmaals vroegen of 5.00 uur niet te vroeg voor hem was, reageerde hij op de gebruikelijke manier: "Yes, yes, no problem. I drive, I drive".

Zonsopgang in Bagan
Zonsopgang in Bagan

En nu is het dus 5.00 uur. Het is nog hartstikke donker en ijzig koud als we het busje instappen. Binnen tien minuten arriveren we bij de Mingalazedi, een pagode uit de 13e eeuw aan de oevers van de rivier en één van de weinige hoge pagodes die momenteel nog mogen worden beklommen. Het hek wordt speciaal voor ons geopend en in het donker beklimmen we op blote voeten de pagode.

Koukleumend staan we op de eerste zonnestralen te wachten, die overigens pas om 6.00 uur langzaam zichtbaar worden. Nu begrijpen we het zorgelijke gezicht van Myint. 5.00 uur is veel te vroeg! Gelukkig kunnen we er allemaal om lachen en Myint lacht het hardst.

Zonsopgang in Bagan

Het lange wachten wordt echter beloond. Als het langzaam licht wordt, verrijzen er steeds meer pagodes uit de laaghangende ochtendmist. Het uitzicht is werkelijk spectaculair. Het lijkt wel een sprookje en deze attractie zou in de Efteling niet misstaan. Als het volledig licht is geworden, keren we terug naar het hotel voor een lekker ontbijt. Na het ontbijt gaan we Bagan en zijn duizenden pagodes verkennen.

Bagan ontstond in 848 als een ommuurde stad en werd later de hoofdstad van het Eerste Birmaanse Rijk. In een periode van 400 jaar overtroffen vele koningen elkaar steeds weer met de bouw van nog mooiere en nog indrukwekkendere tempels en pagodes. Er werden in een gebied van ruim 40 km2 zo'n 13.000 tempels en pagodes in alle soorten en maten gebouwd: marmer, baksteen, hardhout, groot, klein, pompeus, bescheiden, hoog, laag etc. De stenen bouwwerken zijn dankzij het droge klimaat door de eeuwen heen goed bewaard gebleven, hoewel het goud, het marmer en de edelstenen die de gebouwen overdekten verdwenen zijn. De houten gebouwen zijn in de loop der jaren vergaan of door brand verwoest.
Daarnaast werd Bagan in 1975 door een nieuwe ramp getroffen; Bagan lag precies in het epicentrum van een grote aardbeving en veel pagodes stortten in en bijna alle tempels raakten beschadigd. De belangrijkste tempels en pagodes werden na de aardbeving echter met behulp van UNESCO gerestaureerd en ook nu nog is men volop bezig met de restauratie van de tempels en pagodes.
Momenteel zijn er circa 3.000 tempels en pagodes te bewonderen.

 

Shwezigon Paya
Shwezigon Paya

 

Myint brengt ons eerst naar de Shwezigon Paya. Deze grote, gouden pagode werd gebouwd in 1087 en zou het borstbeen en een tand van Boeddha bevatten. De pagode is één van de weinige historische gebouwen in Bagan dat zijn functie behouden heeft. Er lopen hier dus veel pelgrims en monniken rond die best op de foto willen, mits je betaalt.

Plotseling worden we aangesproken door een klein, druk mannetje met een fotocamera. Voordat we er erg in hebben heeft hij foto's van ons genomen. Hij maakt ons duidelijk dat hij de foto's binnen 3 minuten in de kleinste donkere kamer van de wereld ontwikkelt. Of we hem even willen volgen?

Zijn "donkere kamer" blijkt een doos van ongeveer 1,5 x 1,5 meter te zijn. Als hij in de doos kruipt, kunnen we nog net een foto van hem maken. Regelmatig opent hij het deurtje even om ons de verschillende fasen van het ontwikkelproces te laten zien. Na een paar minuten geeft hij ons drie afdrukken. In de natte foto heeft hij de tekst "Greetings from Bagan" geschreven. De foto's zijn niet om aan te zien, maar toch kopen we ze van hem. We hebben nog niet betaald, of hij rent al weer weg op zoek naar andere toeristen die een souvenir met een leuk verhaal willen kopen.

Of we maar even willen volgen?
Of we maar even willen volgen?

De kleinste donkere kamer ter wereld

De kleinste donkere kamer ter wereld

De kleinste donkere kamer ter wereld

 

Als we de foto's aan Myint laten zien, trekt hij een vies gezicht. Hij heeft ons verteld dat hij vele jaren fotograaf is geweest. Hij is uiteindelijk chauffeur geworden omdat hij tot vervelends toe in de donkere kamer moest werken: "Always darkroom, morning darkroom, evening darkroom, every day darkroom". Hij kan niet begrijpen dat we deze lelijke foto's hebben gekocht en wordt bijna boos. Met de woorden" No Quality, no good" laat hij duidelijk zijn onvrede blijken. We gooien nog wat olie op het vuur door te zeggen dat we het hele mooie foto's vinden en we al onze fotorolletjes daar willen laten ontwikkelen. Boos zet hij de auto in de eerste versnelling en rijdt weg. Hij draait zijn raampje open en roept: "pictures outside, outside" terwijl hij een wegwerpend gebaar naar buiten maakt. We komen niet meer bij van het lachen.

Na een bezoek aan verschillende tempels waar we de naam niet meer van weten, lunchen we in het Sarabha Restaurant in Old Bagan. Het eten is heerlijk. Old Bagan doet een beetje doods aan en dat is niet verwonderlijk. Tot 1990 was Old Bagan de plaats waar hotelletjes en guesthouses waren gevestigd. Alle toeristen verbleven in dit gedeelte van Bagan. Tot het moment dat de Birmese regering alle eigenaren van de guesthouses sommeerde om binnen twee weken te verhuizen naar een ander gedeelte van de stad. De mensen moesten het verder zelf maar uitzoeken. Soldaten hielden toezicht en bijna niemand durfde te weigeren. Het vreemde was dat alle grote (overheids)hotels in Oud-Bagan wél geopend bleven en dat de overheid zelfs nieuwe hotels ging bouwen.
De meeste bewoners verhuisden enkele kilometers naar het zuiden om daar Nieuw- Bagan te stichten. Het werd hun echter voor enkele jaren verboden om logies aan buitenlanders te verlenen. Op dit moment hebben ze het nog steeds niet makkelijk omdat de meeste toeristen in het dorp Nyaung-Oo blijven, waar het openbaar vervoer aankomt en waar meer sfeer heest dan in Nieuw-Bagan.

De rest van de dag bezoeken we de mooiste van de duizenden pagodes en tempels. Iedere pagode is weer anders, zowel qua vorm, als kleur. In sommige tempels staan boeddhabeelden en in andere kan je nog muurschilderingen bewonderen. Bij één van de tempels komen we een oude monnik tegen. Hij poseert gewillig als we hem beloven de foto's naar hem op te sturen.

 

Geen mist maar stof
Geen mist maar stof
Aan het eind van de dag zijn we behoorlijk pagodemoe. Maar we moeten nog een zonsondergang vanaf één van de pagodes meemaken. Vanaf het hoogste terras van de pagode hebben we een mooi uitzicht op de omgeving. Er zijn meer mensen op dit idee gekomen. Rond zonsondergang hebben zo'n honderd mensen de pagode beklommen en met honderd camera's maken we dezelfde foto's. De rode baksteen van de pagoden en de rode aarde gloeien adembenemend op in de ondergaande zon.
Zonsondergang in Bagan
 
Zonsondergang in Bagan
Fotoserie 59
Achter de schermen
Volgende verslag