Print dit verslag
Verslag 77 - Luang Prabang (deel 2)

We hebben gelezen dat de monniken hier iedere ochtend om 6.00 uur met hun bedelnap langs de huizen lopen om voedseloffers in hun bedelnap te verzamelen. Dat willen we zien en dus staan we om 6.00 uur op. Als we om 6.30 uur buiten lopen is het al te laat. Er is geen enkele monnik meer te bekennen. Dat hebben ze snel gedaan. Morgen hebben we gelukkig nog een herkansing.

We besluiten een uitstapje te maken naar de waterval van Kuang Si die zich 30 kilometer ten zuiden van Luang Prabang bevindt. We moeten voor dit tripje een jumbo charteren, maar het is moeilijk om er een te krijgen voor een goede prijs. Er zijn niet veel andere toeristen in de buurt die ook de waterval willen bezoeken. Zo gebeurt het dat we op ons gemak een uurtje in de hoofdstraat van Luang Prabang op een stoepje naar toeristen zitten te loeren die een chauffeur aanspreken. Uiteindelijk vinden we vier Israëlische toeristen met wie we de kosten voor het busje delen.

Net buiten Luang Prabang houdt de geasfalteerde weg op en rijden we ruim een uur over een stofweg. Omdat we achterin de open bus zitten, zijn we binnen enkele minuten helemaal grijs van het stof. Als er een tegenligger passeert zien we elkaar niet eens meer zitten.

De waterval van Kuang Si blijkt in een bos te liggen. De omgeving is groen en mooi en overal vliegen bontgekleurde vlinders. We moeten eerst een bospad aflopen en passeren daarbij een kooi met een jonge tijger. We lezen dat deze tijger als pup is gered. Zijn broertje en zusje hebben het niet gered. Een vrouw achter een kraampje roept de tijger. Hij staat gelijk op en gaat rechtop tegen het hek staan. De vrouw beloond hem met een paar aaien over zijn kop. Dat zullen we haar maar niet na doen.

De waterval is de moeite waard. Het water stort zich vanaf de top via terrassen naar beneden en mondt uit in kleine groene en blauwe meertjes. Het water stroomt aan het eind in een riviertje het dal in. Via een pad over de beboste helling klimmen we omhoog. Zo nu en dan is het steil en glibberig en soms blijkt er meer water naar beneden te komen dan verwacht. We zijn al snel kletsnat.

Kuang Si waterval
Kuang Si waterval
  Uitzicht vanaf de top
Uitzicht vanaf de top

Vrouw in traditionele kleding
Vrouw in traditionele kleding


Als we weer terug zijn in Luang Prabang, lopen we nog even over de markt waar enkele vrouwen nog in traditionele kleding zijn gehuld. Opvallend is dat de vrouwen de jassen open hebben hangen en feitelijk met blote borsten lopen.

We brengen ook nog een bezoek aan het voormalige Koninklijke Paleis. Op blote voeten lopen we door de verschillende kamers in het paleis en het is de moeite waard. Het paleis is tussen 1904 en 1909 door de Fransen gebouwd en werd tot 1975 door de koninklijke familie bewoond. Kort na de revolutie in 1975 werd de familie verbannen en sindsdien heeft nooit meer iemand iets van hen vernomen. Het paleis is momenteel een museum en herbergt onder andere de Pha Bang, een massief gouden boeddhabeeldje dat tevens het heiligste boeddhabeeld van Laos is. Luang Prabang dankt haar naam ook aan dit beeldje. Maar er is meer te zien in het museum: officiële gewaden van de koninklijke familie, wapens, zadels, muziekinstrumenten en dansmaskers. Verder een collectie boeddhabeelden, die voor het grootste gedeelte afkomstig zijn uit verwoeste of verlaten tempels in Luang Prabang en omgeving en geschenken van buitenlandse heersers aan de toenmalige koning van Laos, waaronder een miniatuurmodel van het Amerikaanse maanvoertuig 'Spacelander' en een stukje steen van de maan dat door Amerika werd geschonken.
Als we weer buiten staan, nemen we in de paleistuin nog een kijkje in de Wat Ho Pha Bang. Aan dit gebouw wordt nog steeds gebouwd en te zijner tijd zal de Pha Bang hier worden neergezet.

's Middags kopen we bij het kantoor van Lao Aviation vliegtickets naar Chiang Mai in Thailand. We hebben geen zin meer om drie dagen met een slowboat naar de Thaise grens te varen om vervolgens nog eens met de bus naar Chiang Rai en Chiang Mai te reizen. De fastboat hebben we gezien en die vinden we te gevaarlijk. In het noorden van Thailand zullen we niet veel doen. We zijn hier immers een paar jaar geleden al geweest en hebben de meeste bezienswaardigheden al uitvoerig bezocht. We vliegen morgen in één uurtje naar Chiang Mai. Maar voordat we vertrekken is het nog even vroeg dag.

De volgende dag loopt de wekker even voor 6.00 uur af. We willen vandaag toch echt de monniken tijdens hun bedeltocht zien en we willen niet weer te laat zijn. Gelukkig zijn we vandaag op tijd.

Iedere ochtend lopen de monniken met hun bedelnap onder de arm dezelfde route door de straten van Luang Prabang. Al voordat ze de kloosterpoort uitkomen, zitten de gelovigen blootsvoets en geknield langs de kant van de weg. Ze scheppen een lepel rijst in de bedelnap van iedere monnik. Dan bidden ze, maken een diepe buiging en bedanken de monnik voor het aannemen van hun gaven. De monniken zeggen geen woord. Ze lopen in een lange rij verder, met onbewogen gezicht, op weg naar de volgende gulle gever. Het ochtendlicht maakt dit tafereel extra mooi.

 

Monniken met bedelnap
Monniken met bedelnap

Als de zon is opgegaan en het eten is verzameld, keren de monniken naar hun klooster terug. De monniken mogen alleen het eten dat ze hebben gekregen eten. Ze eten dan ook maar eenmaal per dag. 's Middags moeten ze bidden en studeren. In één van de tempels praten we nog met een monnik. Hij is nu 20 jaar en werd op zijn 13e monnik. Hij woont nu 6 jaar in Luang Prabang en hoopt volgend jaar naar Vientiane te gaan. Hij moet hard studeren in verschillende vakken. Hij spreekt goed Engels en krijgt ook computerles. Momenteel heeft hij enkele weken vrij omdat de tentamens zijn afgerond.

Om 9.45 uur regelen we een jumbo naar het vliegveld en sluiten we onze reis door Laos af. We kijken met gemengde gevoelens terug op Laos. Enerzijds is Laos een prachtig land waar het toerisme nog niet is doorgedrongen en Laos is één van de meest ongerepte en oorspronkelijke landen die we tot nu toe hebben bezocht. Anderzijds zijn wij na 6 maanden Azië een beetje "Azië-moe" en Laos heeft voor ons geen echte toegevoegde waarde meer gehad. Wellicht waren onze verwachtingen ook iets te hoog gespannen?

Fotoserie 87
Fotoserie 88
Achter de schermen
Volgend verslag