Print dit verslag
Verslag 30 - Ernakulam-Cochin
Klaar voor vertrek
Klaar voor vertrek
Vandaag, zondag 2 december 2001, checken we om 12 uur uit bij het hotel. Het is voor het eerst dat we op een laat tijdstip aan het vervolg van de reis kunnen beginnen. Vandaag vertrekt de trein om 13.15 uur van het treinstation in Madgaon. De trein rijdt 16 uur in zuidelijke richting en overbrugt een afstand van 850 km. Als alles volgens schema verloopt, komen we vannacht om 5.00 uur aan in Ernakulam. We hebben dan ook geboekt voor een sleepercoupé. Elke (open) coupé heeft aan beide zijde 3 bedden. We hebben de beide middelste bedden geboekt (de onderste bedden waren al bezet).

We delen vanaf Madgaon de coupé met twee Indiërs waarvan er één goed Engels spreekt. Deze marineofficier is op weg naar Ernakulam voor educatie. Gedurende de eerste uren van de treinreis heeft Leo een geanimeerd gesprek met hem. De andere man luistert aandachtig mee, maar begrijpt weinig van het gesprek. De marineofficier speelt dan ook regelmatig voor tolk. Het gesprek begint - zoals gewoonlijk - met vragen als: "waar komen jullie vandaan?", "hoe lang zijn jullie al getrouwd" en "hoeveel kinderen hebben jullie?". Als we antwoorden dat we niet getrouwd zijn en geen kinderen hebben, reageren de beide heren verbijsterd. Ze blijken overtuigd christen te zijn en halen enkele bijbelse teksten aan zoals "Ga heen en vermenigvuldigt u". Ook de huwelijken van hun kinderen hebben ze gearrangeerd.

De trein kan vertrekken
De trein kan vertrekken

Als Leo vervolgens aan hen vraagt hoeveel kinderen ze hebben, blijkt de officier er "maar" drie te hebben; twee dochters en één zoon. Leo vraagt hem of drie kinderen dan niet wat weinig is. De gelovigen in Europa hebben immers soms meer dan zes kinderen. De man bekent met een grote glimlach dat hij "geholpen" is. Zijn vrouw heeft hij voor het huwelijk maar éénmaal gesproken. "Maar", voegt hij eraan toe, "als ik niet met haar had willen trouwen, dan had dat niet gehoeven". Als Leo hem vraagt hoeveel meisjes hij voor het huwelijk heeft afgewezen, antwoordt hij: "She is my first and last wife" op een toon van 'was ik er maar nooit aan begonnen'.
De officier is zeer geïnteresseerd in Nederland, onze relatie, onze financiën en de prijzen in Nederland. Als Leo hem zijn mapje met foto's uit Nederland laat zien, kijkt hij zijn ogen uit. Bij een foto van Roos (met half lang, krullend blond haar) op haar snowboard, zegt Leo "She is my other girl-friend". Deze zin wordt direct vertaald voor de andere Indiër en kijken ze ons ongeloofwaardig aan. "It was a joke!".
Hij wil graag weten hoeveel geld wij per maand verdienen. Als Leo vertelt dat wij daar in Nederland over het algemeen een beetje geheimzinnig over doen, laat hij direct zijn loonstrook zien. Na zoveel openheid voel je je toch een beetje verplicht om bij benadering bekend te maken hoeveel je verdient. We vertellen er maar gelijk bij dat we erg veel belasting betalen en dat de prijzen in Nederland aanzienlijk hoger liggen dan de prijzen in India.
Vervolgens vraagt hij of we ons huis zelf hebben gebouwd. Als we vertellen dat ons huis gebouwd is door een bouwbedrijf en dat wij hiervoor een hypotheek hebben, vraagt hij wie deze hypotheek betaalt. Leo vertelt dat Roos de hypotheek betaalt. "Her money is my money, and my money is...". De man onderbreekt de zin en vult die aan met het woord "hers". Direct corrigeert Leo hem en zegt nogmaals "her money is my money, and my money is mine". Met grote ogen kijkt hij ons aan om vervolgens in lachen uit te barsten. Hij vertelt dat het bij hem precies ondersom is: zijn geld is van zijn vrouw, terwijl zijn vrouw helemaal geen geld verdient.
Verder kan hij niet geloven dat er in Nederland geen gevaarlijke dieren zoals slangen, tijgers en beren leven. We vertellen hem dat het in de winter in Nederland vriest. Hij vraagt zich af hoe we dat dan doen met het water in de watertank op het dak...
Kortom, de eerste uren van de reis vliegen om.

Als om negen uur ook de laatste twee reizigers van onze coupé instappen, besluiten we om de bedden omhoog te klappen om nog enkele uurtje te slapen. De grote rugzakken leggen we met kettingen aan de banken vast en de kleine rugzakken gebruiken we als hoofdkussen. Er schijnt in de treinen in India veel gestolen te worden.

Als de trein om 4.30 uur het station van Ernakulam binnenrijdt, zijn wij al een uurtje op. We hebben allebei slecht geslapen en zijn behoorlijk gaar. Vanaf het station laten we ons door een riksja naar Bijus Tourist Home in Ernakulam brengen. De portier en de receptionist worden wakker gemaakt zodat we kunnen inchecken. We moeten 350 rupees per nacht betalen en voor 25 rupees per dag krijgen we ook een TV op de kamer. We nemen snel een douche en gaan nog enkele uurtjes slapen. Als we net liggen (om 4.45 uur) horen we opeens een enorme herrie van buiten komen. Enkele straten verderop blijkt een moskee te zijn waar het ochtendgebed via grote luidsprekers wordt aangekondigd. Hadden ze niet een half uurtje eerder kunnen beginnen? Dan hadden we dat in ieder geval voor het inchecken gehoord. Uiteindelijk blijkt de herrie mee te vallen. De dagen dat we in Bijus verblijven hebben we er weinig last meer van gehad.

De Boat Jetty
De Boat Jetty

Aan het begin van de middag gaan we op pad. Cochin (Kochi) en Ernakulam blijken twee steden te zijn die tegen elkaar aan geplakt liggen. Ernakulam ligt op het vasteland en Cochin ligt verspreid over een aantal eilandjes voor de kust. Een grote lagune vormt de haven van de stad. De eilandjes worden verbonden met ferry's (Boat Jetty). De steiger waar de ferry vertrekt is slechts een paar minuten lopen van ons hotel. We besluiten daar maar eens te beginnen.

 

Met de Boat Jetty varen we voor 2,3 rupees per persoon naar het eiland Fort Cochin. Cochin-Ernakulam blijkt een grote zeehaven te zijn. Langs de kades liggen grote zeeschepen en marineschepen.

In Fort Cochin is een enorme hoeveelheid aan historische overblijfselen te vinden. Van oudsher werden hier namelijk al kooplieden uit alle windstreken van de wereld aangetrokken om handel te komen drijven, waaronder de Portugezen, de Nederlanders en de Engelsen. De handel in specerijen, thee, koffie, rubber en kokosvezels heeft dit plaatsje dus veel welvaart bezorgd en je vindt nog vele sporen van de tijd dat de Nederlanders hier koloniale heerschappij hadden (vanaf 1653).

De karakteristieke Chinese visnetten vallen ons gelijk op. Het zijn ingenieuze houten constructies. Aan een stellage zijn vier balken bevestigd met daartussen een groot net. De vier balken worden in evenwicht gehouden door een tegengewicht dat bestaat uit grote keien. Bij hoogtij laten de vissers het net horizontaal in het water zakken. Ze wachten een paar minuten in de hoop dat er vissen boven het net zwemmen. Daarna wordt het net met vereende krachten ophoog gehesen. De mannen moeten snel naar het net rennen om de vis(jes) veilig te stellen. Er zijn hier namelijk veel kraaien en andere vogels die de vissen uit het net pikken. 's Nachts wordt boven het net een lamp gehangen om de vissen aan te trekken. Al sinds de 11e eeuw wordt er in dit gebied op deze manier gevist.

Chinees visnet
Chinees visnet
Vismarkt
Vismarkt
De vers gevangen vis wordt enkele meters verderop direct verhandeld op een marktje. Op de markt verkopen ze behalve vis ook garnalen, kreeftjes, krabben en er ligt zelf een baby-haai. Aan de overzijde van de markt zijn eetstalletjes waar je de zojuist gekochte vis kan laten klaarmaken. Voor een paar rupees wordt je vis gebakken, gefrituurd of op een oventje geroosterd. Wij besluiten in een restaurant langs het water de beschutting van de schaduw op te zoeken. Tijdens het eten maakt de ober ons erop attent dat er dolfijnen in de haven zwemmen. Tussen de vissersbootjes en grote zeeschepen zien we inderdaad dolfijnen zwemmen.

Na het eten wandelen we naar de St. Franciskerk uit 1563, de oudste kerk van India die door Europese kolonisten werd gebouwd. Deze kerk getuigt van de vele historische veranderingen in het land. Eerst was het een simpel houten gebouw, opgericht door de franciscaner monniken. Toen de Portugezen hun greep op het land hadden verstevigd, bouwden ze de kerk opnieuw op van steen. Bijna een eeuw later namen de Hollanders de macht over en maakten er een protestantse kerk van, die in 1795 op hun beurt door de Engelsen tot anglicaanse kerk werd gemaakt. Tegenwoordig behoort het gebouw aan de Kerk van Zuid-India. In deze kerk werd in 1524 Vasco da Gama begraven. Zijn stoffelijke resten werden veertien jaar later teruggebracht naar Lissabon, maar we kunnen hier nog wel zijn grafsteen bewonderen die de plek markeert waar hij ooit begraven lag. We zien in deze kerk ook punkahs - grote doeken die boven de kerkbanken hangen en door bedienden werden gebruikt om de kerkgangers koelte toe te wuiven.

 

St. Franciskerk
St. Franciskerk
Omdat de kerk een Hollandse periode heeft gekend, ontdekken we veel grafstenen met Nederlandse namen en beroepen. Het is net of we weer een beetje in Nederland zijn. Nadat we de kerk hebben verlaten lopen we naar de Nederlandse begraafplaats. Op dit kerkhof lagen de Nederlanders die hier onder andere Fort Cochin en het Dutch Palace hebben gebouwd. Helaas zijn de tientallen grafhuisjes totaal overwoekerd. Een klein gedeelte van de begraafplaats heeft men onkruidvrij gemaakt, maar de grafstenen zijn zwaar beschadigd en bijna onleesbaar geworden. Veel graven zijn geplunderd en in één graf heeft zelfs iemand zijn onderkomen gevonden. Er valt dus eigenlijk weinig te zien.
Via het dorpje, waar we een uurtje verkoeling zoeken in een internetcafé met airco, lopen we terug naar de ferry.
Stuntvliegerteam van de Indiase marine
Stuntvliegerteam van de Indiase marine

Als de ferry terugvaart naar Ernakulam scheren er negen vliegtuigen in formatie over. Het blijkt een Stuntvliegerteam van de Indiase marine te zijn. Ze geven een mooi showtje weg en maken regelmatig gebruik van rookpluimen. Een indrukwekkend schouwspel.

Op woensdag 5 december gaan we nogmaals met de Boat Jetty naar fort Cochin. Eerst bezoeken we de Basilica of Santa Cruz. De deuren van de kerk worden speciaal voor ons van het slot gehaald. Het blijkt een mooie kerk met prachtige muurschilderingen te zijn.
Vervolgens nemen we een riksja naar de wijk Mattancherry. Hier bevindt zich namelijk het Mattancherry Palace. Hoewel dit paleis oorspronkelijk door de Portugezen is gebouwd, wordt het ook het Dutch Palace genoemd omdat het later door de Hollanders is gerenoveerd. Een deel van het paleis is nu een museum. Voor 2 rupees entree per persoon, bewonderen we voorwerpen (onder andere draagstoelen) die door de radja's werden gebruikt en muurschilderingen van traditionele thema's uit de Ramayana en Mahabharata in de slaapkamers en andere privé-vertrekken. We zien ook oude - door Nederlanders getekende - landkaarten van Fort Cochin. Alle wijken hebben Nederlandse namen (Groningen, Friesland, Zuid-Holland, Zeeland etc.) en ook Heerestraat ontbreekt niet. Het paleis stelt niet zo veel voor. Het heeft in onze ogen meer historische, dan bezienswaardige waarde.

Vanaf het paleis is het maar een paar minuten lopen naar Jew Town, waar zich ook een Joodse Synagoge uit 1568 bevindt. Helaas blijkt de synagoge gesloten te zijn als wij er arriveren. We zijn echter niet voor niets naar deze wijk gekomen. In de straatjes om de synagoge vindt namelijk een levendige kruidenhandel plaats. Alles is hier glimmend schoon en de lucht is vol van de geur van specerijen. Op de uithangborden zijn nog de Joodse handelsnamen en de specerijen die ze verkochten/verkopen te lezen. We zien dat er ergens een deur openstaat en besluiten een kijkje te gaan nemen. Het blijkt een grote opslagplaats te zijn. Er liggen grote stapels gember op de grond en de gember wordt ingepakt in jute zakken voor de handel. Iemand vertelt ons dat de boeren binnen enkele weken pepers gaan oogsten en dat ze het hier dan druk krijgen met het gereed maken van de pepers voor transport naar o.a. Europa.

Opslagplaats voor gember
Opslagplaats voor gember

Kathakali danser
Kathakali danser

Cochin is beroemd om de 'Kathakali dans', een typische dansvorm uit Kerala. We besluiten dan ook om 's avonds een voorstelling bij te wonen in het Cochin Cultural Centre in Ernakulam (125 rupees per persoon). Kathakali betekent letterlijk 'gespeeld verhaal' en is vooral bijzonder door de overdadige make-up, de kleding en de muziek. Er wordt niet gesproken en alleen gezichtsuitdrukkingen en dans (vooral de handgebaren en de oogbewegingen zijn opvallend) worden gebruikt om verhalen te vertellen die vaak over goede en slechte goden en mensen gaan. In de kostuums en make-up staat de kleur groen voor beweeglijkheid, groen met een rood patroon en witte stippen op neus en voorhoofd voor edele personages in woede, zwart voor demonen en jagers, en oranje voor vrouwen en brahmanen. Er bestaan overigens geen vrouwelijke kathakali dansers en de vrouwenrollen worden dus door mannen gespeeld. De opleiding tot kathakali danser duurt enkele jaren.

De voorstelling begint pas om 20.00 uur, maar we hebben het advies gekregen om eerder te gaan omdat we dan het schminken bij kunnen wonen. Op de muur wordt met plaatjes uitgelegd welke figuren in kathakali dansen kunnen verschijnen. Ze zijn te herkennen aan hun make-up. In het eerste gedeelte van de show worden de verschillende gezichtsuitdrukkingen en handgeboren getoond en de betekenis ervan uitgelegd. Het is onvoorstelbaar hoe deze dansers hun gezicht kunnen laten "spreken". Het tweede gedeelte van de show bestaat uit een dansvoorstelling. Voordat de voorstelling begint, wordt er eerst een stukje gedanst dat voor het publiek verborgen blijft achter een laken. Dit is een speciale dans voor de goden. Verder staat er een olielamp op de rand van het podium. Deze symboliseert de aanwezigheid van het goddelijke. De dans wordt begeleidt door twee mannen op trommels en een zanger.

De rest van de avond zingen we sinterklaasliedjes en wachten we op het bezoek van Sinterklaas. Helaas komt hij niet langs. Hij heeft zelfs geen chocoladeletter of pepernoten in onze schoenen achtergelaten. Zou India te ver voor hem zijn geweest of zouden we niet lief zijn geweest in het afgelopen jaar?

De volgende dag is een rustdag. Er wordt vandaag door de moslims gestaakt. Alle winkels zijn gesloten en er rijden geen bussen en bijna geen taxi's. Ook de hindoes wordt "gevraagd" om mee te staken. Later horen we op het nieuws dat er rellen zijn geweest en dat moslims winkels van hindoes hebben aangevallen. Dit soort stakingen schijnt hier regelmatig voor te komen en is niets om je zorgen over te maken. De Indiërs zeggen allemaal dat ze in goede harmonie naast elkaar leven.
We stippelen vandaag het vervolg van de reis uit, pinnen bij de bank, regelen treinkaartjes, werken de site bij en zien kans om te chatten met een vriend. Na een uur chatten zijn we weer op de hoogte van alle nieuwsfeiten en hebben we heimwee gekregen naar het koude Nederland dat langzaam in kerstsfeer komt. Het is erg leuk om eens op een interactieve manier contact te hebben met Nederland.
Misschien is het leuk om binnenkort eens een chatsessie af te spreken? Als je het leuk vindt om te chatten of de chat te volgen, stuur dan even een mailtje zodat we weten wie we moeten informeren als we een chatsessie afspreken. Chatten is overigens erg gemakkelijk. We spreken af om op een bepaald tijdstip naar een bepaald chatsite te gaan. Je logt in, kiest een chatbox en kan middels het intypen van tekstregels direct communiceren met iedereen die in de chatbox aanwezig is. De ingetypte tekst verschijnt namelijk direct op het scherm en is voor iedereen leesbaar.

Fotoserie 36
Achter de schermen
Volgende verslag