DAG 1 - zaterdag 11 maart |
We zijn gewaarschuwd. India, waar gekte, drukte, lawaai en viezigheid samengaan met natuurschoon, mooie steden en prachtige mensen. Vandaag gaan we erheen. We hebben de 28-daagse India/Nepal-reis geboekt bij Ashraf Reizen/Koning Aap. Met onze rugzakken zullen we met het openbaar vervoer een rondreis maken door de deelstaten Rajasthan en Uttar Pradesh in India en een bezoek brengen aan Pokhara en Kathmandu in Nepal. De afgelopen weken zijn we druk bezig geweest met de voorbereidingen. We hebben onze paspoorten verlengd en visa geregeld bij de Indiase ambassade in Den Haag en de Nepalese Ambassade in Amsterdam. Verder geld gewisseld, traveler's cheques en een EHBO-kit gekocht. Alle benodigde inentingen hadden we al. Op de dag van vertrek zijn we Paludrine (anti-malariatabletten) gaan slikken. Om 7.30 uur worden opgehaald door de Schiphol taxi van de RTC. Er zitten al twee mensen in en we moeten nog twee mensen ophalen in IJsselmonde. Om 8.30 uur komen we aan op Schiphol. Stipt op tijd want we worden om 8.30 uur verwacht. We moeten even zoeken naar de Ashraf-medewerkster, maar uiteindelijk vinden we haar én een aantal van onze reisgenoten. De groep bestaat uit negen mensen: Huub en Lily, Ton en Gerda, Leo en Rosalie (wij), Kristel, Saskia, Arie en Martin (onze reisleider). Na het inchecken winkelen we nog even taxfree. We kopen nog wat extra fotorolletjes, filmtapes en een luchtje. Om 10.55 uur staat KLM-vlucht KL-475 gepland. |
||
Uiteindelijk stijgen we om 11.35 uur met een Boeing 747-300 op. Er bevinden zich veel Indiërs in het vliegtuig en het vliegtuig is bijna vol. Wonder boven wonder heeft Rosalie een lege stoel naast haar. Ze zit dus niet al te krap. Na een vlucht van zes uur en drie kwartier landen we op Indira Gandhi Airport in New Delhi. De vlucht over een afstand van 6.370 kilometer is sneller verlopen dan gepland. Bij de paspoortcontrole staan lange rijen. Het duurt dan ook even voordat onze paspoorten en visa gecontroleerd zijn. Als we de rugzakken van de band hebben gehaald, wisselen we geld bij het Thomas Cook-kantoortje op het vliegveld. Voor f 300,00 krijgen we 5.400 rupees. Eén rupee staat dus gelijk aan circa f 0,05. Dat is gemakkelijk rekenen. |
Een biljet van 2 Rs |
|
Wat we op dat moment niet weten is dat een biljet van 500 Rs bijna niet uit te geven is. Voor veel Indiërs is 500 Rs meer dan een maandinkomen. Verkopers in kleine winkeltjes en obers in restaurantjes blijken vaak niet te kunnen teruggeven van een biljet van 500 Rs. De biljetten van 500 Rs zullen we dus moeten zien te slijten in de hotels. Wel krijgen we allemaal hele biljetten. Beschadigde of gescheurde biljetten raak je namelijk bijna ook niet kwijt. Het geld is ontzettend smerig en vaak is niet te zien om welk bedrag het gaat. Als er een scheurtje in een biljet zit, is het echter vreemd genoeg een groot probleem. Later leren we echter ook daarmee om te gaan. We handelen als de Indiërs en stoppen gescheurde biljetten in een stapeltje andere biljetten als we betalen. Tja, je moet je aanpassen…In de hal van het vliegveld staat Martin, onze reisleider, op ons te wachten. |
||
De groep blijkt nog niet compleet te zijn. Morgen zal Saskia zich bij onze groep voegen. Buiten het gebouw staat een grote menigte te wachten. Veel mannen spreken ons aan en allemaal weten ze een goed hotel voor ons en ze kunnen ook nog het vervoer regelen. De meeste van deze mensen zijn touts of klantenlokkers. Zij krijgen commissie voor hun werk van hoteliers, taxichauffeurs en winkeliers. Gedurende onze reis zullen we nog veel met deze mensen te maken krijgen… Wij hoeven echter niet te onderhandelen. In een kleine luxe bus (de laatste van deze reis) worden we in circa 20 minuten naar Hotel G.N. Regency gebracht. Het hotel ligt in de wijk Karol Bagh, New Delhi. Onderweg valt het ons al op dat er veel koeien op straat lopen. Verder is er veel vrachtverkeer. Martin vertelt ons dat dit 's avonds altijd het geval is; vrachtverkeer mag overdag Delhi namelijk niet in. We drinken nog wat in het restaurant van het hotel terwijl Martin algemene informatie geeft over India. Uiteindelijk gaan we om 3.00 uur naar bed. |
DAG 2 - zondag 12 maart |
Het Rode Fort (Lal Qila) werd tussen 1639 en 1648 gebouwd in opdracht van Sjah Djahan op de oever van de Yamuna-rivier. Hij regeerde van 1627 tot 1658 en is ook verantwoordelijk voor de bouw van het Fort in Agra en de Taj Mahal. Het fort dankt zijn naam aan de muren van rode zandsteen, die 2,41 kilometer lang zijn. Aan de rivierzijde is de muur 18 meter hoog, aan de standszijde 33 meter. De rivier is overigens niet meer te zien. We gaan het fort binnen door de Lahore Gate, die aan het eind ligt van de hoofdstraat van Old Delhi, Chandni Chowk. Deze poort heeft zijn naam de danken aan het feit dat hij in de richting van Lahore (nu in Pakistan) ligt. Na het passeren van de poort, komen we in een overdekte passage, de Chatta Chowk. |
De riksjarijder vond het nu tijd voor een moderner gebouw. Hij brengt ons naar de Lotustempel. Een moderne tempel in de vorm van een lotusbloem. Het ligt in een mooi park. Bij de ingang staan we met open mond te kijken naar activiteiten die plaats vinden op een bouwlocatie. Vrouwen scheppen het aangemaakte cement in een schaal, zetten deze schaal op hun hoofd en brengen het naar andere vrouwen die metselen. Ondanks het lage looptempo is het met deze hitte erg zwaar werk. |
Halverwege het pad moeten we onze schoenen uit doen. Er is een hokje in de grond waar je ze in bewaring kan geven. In ruil krijg je een klein houten schijfje met een nummer. Hiermee kan je later je schoenen weerophalen. Er komt overigens een ongelooflijke stank uit het loketje. Indiërs hebben dus ook last van zweetvoeten… Op 15.00 uur begint een gebedsdienst. We maken maar een paar minuten mee. We vragen onze riksjarijder terug te rijden naar de Jame Masjid, die vanmiddag gesloten was. Onverwachts zet hij ons echter af bij een grote winkel. Hoe hij het weet is ons nog steeds een raadsel, maar hier zouden ook een aantal reisgenoten rondlopen. Inderdaad komen we in de winkel Arie, Kristel, Ton en Gerda tegen. Snel gaan we de winkel weer uit. Onze riksjarijder heeft inmiddels zijn commissie opgehaald en is nu bereid ons naar de Jame Masjid te brengen |
Vanuit het centrum nemen we een riksja terug naar het hotel. De riksjarijder weet wederom de weg niet. Bij elke opstopping vraagt hij de weg. Dan krijgen we ook nog een aanrijding. Een bus weet niet op tijd te stoppen en rijdt onze riksja aan. Gelukkig geen lichamelijk letsel. Wel een kapot spatbord. Het duurt even voordat de riksja losgetrokken is en we verder kunnen. Uiteindelijk komen we via een aantal omwegen in het hotel aan. We hebben geen kamer meer omdat we vanavond met de nachttrein naar Bikaner gaan. Wel heeft Martin één kamer aangehouden waar we kunnen douchen en waar we vanmorgen onze rugzakken hebben neergezet. In een plaatselijk fastfood restaurant eten we met een aantal reisgenoten. We nemen een thali-maaltijd. Op een grote, ronde, roestvrij stalen schotel krijgen we verschillende gekruide groenten, rijst, peulvruchten en suikergoed, elk in een aparte roestvrij stalen kom. Sommige gerechten zijn erg spicy. Kosten: circa f 5,00 per persoon inclusief drankjes. Na het eten lopen we nog even de bazaar over. Leo deelt ballonnen uit aan vier kleine zwervertjes en maakt video-opnamen van een Sikh die zijn tulband aan het "strikken" is. |
Om 20.00 uur nemen we een brommer-riksja naar het Sarai Rohilla Train Station. Om 21.20 uur zal de trein naar Bikaner vertrekken. Op het station lopen veel verkopers die sloten en kettingen verkopen om je tas mee vast te ketenen. Wij hebben zelf al een cijferslot meegenomen. Sloten en kettingen hebben we dus niet meer nodig. Overigens beveiligen ook de Indiërs hun bagage met een hangslot. Ze zullen het niet voor niets doen. We slapen met zes personen in een kleine coupé. We delen de coupé met Martin, Lily, Huub en Kristel. Het is een vrouwencoupé omdat er zich een deur voor de coupé bevindt. Aan beide zijden bevinden zich drie stapelbedden. De rugleuning van de bank kan omhoog geklapt worden en zo ontstaat het middelste "bed". Leo slaapt in het midden, Roos in het bovenste bed. Arie, Ton, Gerda en Saskia liggen in de open coupé naast ons. | ||
De "bedden" zijn keihard. Bovendien rijdt deze trein op smal spoor en dat is te voelen. We bonken, schudden en stuiteren dat het een lieve lust is. Op een gegeven moment weten we niet meer hoe we moeten gaan liggen. Naast onze coupé bevinden zich de toiletten. Indiërs hebben de onhebbelijkheid dat ze de deur niet achter zich dichtdoen. Telkens als de trein stopt, komt er een ondraaglijke walm uit de toiletten onze kant op drijven. Als de trein rijdt, ruiken we gelukkig niets. De trein stopt regelmatig en zelfs midden in de nacht proberen verkopers luid roepend hun chai (= thee) aan de man te brengen. We worden regelmatig wakker, maar de rit is een echte belevenis en we hebben veel lol. |
DAG 4 - dinsdag 14 maart |
Om circa 9.00 uur arriveren we in Bikaner. De Indiase tourleader staat al op ons te wachten. Wederom worden we aangeklampt door bedelende kinderen. De kinderen zien er erg armoedig en ziek uit en trekken met hun vieze handjes constant aan je broek of shirt. Het is moeilijk, maar het schijnt beter te zijn om de kinderen niets te geven. Zo houdt dit 'vak' misschien eens op te bestaan. We gaan, samen met Martin, met de auto van de tourleader naar het hotel. De rest van de groep neemt brommer-riksja's. We hebben een grote kamer op de begane grond in het Shiwa-hotel. Een mooie kamer met een lekker zacht bed. Uit de douche komt alleen koud water. Maar we kunnen ons ook op de Indiase manier wassen; met behulp van een grote en een kleine emmer. We laten de grote emmer vollopen met warm water en gooien dat met het kleine emmertje over ons heen. Gaat prima. | ||
Na het uitgebreide ontbijt (toast, eieren, jam, cornflakes, vers fruit, koffie en thee) vertrekken we rond 10.15 uur met drie riksja's naar Deshnok. Deshnok ligt circa 30 kilometer ten zuiden van Bikaner. Hier bevindt zich de Karni Mata-tempel of Rattentempel. We reizen door dorre woestijn en zien veel karren met kamelen ervoor, koeien, geiten en topzware vrachtwagens. Ook komen we langs een plek waar tientallen kadavers liggen. Het stinkt er verschrikkelijk. Later blijkt hier een lijmfabriek gevestigd te zijn. De dode dieren laten ze in de woestijn verrotten en kaalvreten. De kale beenderen gebruiken ze dan om lijm te maken. |
Om 17.00 uur zijn we terug in het hotel. We nemen een lekkere warme douche en slapen een uurtje. Om 19.00 uur eten we op het dak van het hotel; Rijst, chapati's (pannenkoeken), aardappelen, kikkererwten, bloemkool, kaas etc. Het is erg lekker. Om 22.00 uur gaan we terug naar onze kamer. We lezen nog even een boekje, pakken de spullen in en gaan vervolgens lekker slapen. | ||